Ter gelegenheid van het Internationaal Jaar van de Coöperaties 2025 organiseerden Febecoop en haar leden op 2 oktober de Coopday – een dag vol reflectie, inspiratie en uitwisseling over de kracht van het coöperatieve model. En dat alles onder de noemer “Coöperaties bouwen aan een betere wereld’
Zoals vaak bij zo’n ontmoeting viel er ook hier wat nieuws te rapen. Veel deelnemers waren benieuwd naar de meest recente cijfers over de coöperatieve sector. Sinds de invoering van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) in 2019 hebben immers heel wat ondernemingen die de coöperatieve vennootschapsvorm enkel kozen om haar flexibiliteit, de overstap gemaakt naar de besloten vennootschap (BV).
Het resultaat? Wat vandaag overblijft aan coöperaties, kiest bewust voor het coöperatieve gedachtegoed. Minder in aantal, maar sterker in overtuiging.
Coöperaties in beweging
Tijdens de Coopday schetste professor Frédéric Dufays (HEC Liège & Kenniscentrum voor Coöperatief Ondernemen KU Leuven) een helder beeld van de toestand van de Belgische coöperatieve sector. Zijn boodschap: het landschap is geëvolueerd, maar de maatschappelijke betekenis van coöperaties en hun impact op de economie blijft onmiskenbaar.
Een veranderend landschap
Sinds de invoering van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (WVV) veranderde de juridische kaart grondig. Waar in 2016 nog meer dan 24.000 coöperatieve vennootschappen actief waren, daalde dat aantal tegen 2025 tot ongeveer 12.500. Een krimpend aantal, maar met een sterkere identiteit: minder structuren, meer focus op coöperatieve waarden.
Regionale verschillen
Uit de cijfers blijkt een duidelijke regionale spreiding: Vlaanderen telt een kleiner aandeel coöperaties, maar wel een sterkere concentratie van erkende sociale ondernemingen. Wallonië en Brussel blijven traditioneel sterk aanwezig, al met een dalende trend. Opvallend is dat het aantal erkende coöperaties stijgt naar 622, waarvan 485 coöperatieve vennootschappen en 169 erkende sociale ondernemingen.
Een divers werkveld
Coöperaties zijn actief in uiteenlopende sectoren: landbouw, energie, cultuur, gezondheidszorg, en dienstverlening. Sectorale grafieken tonen een zekere verschuiving richting dienstverlening en sociale economie. Dat weerspiegelt hoe coöperaties zich steeds vaker profileren als hefboom voor maatschappelijke meerwaarde en duurzaamheid.
Economische betekenis
Hoewel coöperaties slechts een bescheiden 1,1% van het BBP vertegenwoordigen, zijn hun loonkosten en tewerkstelling (1,5%) relatief groter — goed voor een omzet van 29 miljard euro en een loonmassa van 5,5 miljard euro. Dat toont hun stabiliserende rol in de economie, met nadruk op duurzame werkgelegenheid.
Minder, maar sterker
De conclusie van prof. Dufays is duidelijk: “de Belgische coöperatieve beweging is kleiner geworden, maar haar identiteit is sterker dan ooit. Coöperaties blijven pioniers van een meer veerkrachtige en solidaire economie, waarin samenwerking primeert op winstmaximalisatie“.
Coöperaties bouwen inderdaad aan een betere wereld!
📘 Volledige studie binnenkort beschikbaar
De volledige studie van de nieuwe Belgian Cooperative Monitor, waarvan enkele cijfers tijdens CoopDay werden uitgelicht, wordt binnenkort gepubliceerd. #Staytunned